Levenslust

Wat hardlopen mij leerde over mezelf en mijn chronische vermoeidheid

Afgelopen zondag rende ik voor de derde keer de 4 Mijl van Groningen. Ik had me echter slecht voorbereid en liep dan ook niet zo’n beste tijd. Met 41 minuten en 28 seconden was ik bijna drie minuten langzamer dan vorig jaar,… en daar baalde ik van. Als ik daar eens even goed over nadenk is dat ronduit hilarisch. Als ik eens even terugdenk aan nog geen vier jaar geleden dan herinner ik me dat ik me toen werkelijk niet kon voorstellen dat mensen vrijwillig meededen aan zoiets als een loopwedstrijd, dat ook nog eens volhielden en  – nog gekker!- het leuk vonden om te doen!

En nu? Nu heb ik een kast vol hardlooptights en quick dry shirts, heb ik al 8! medailles naast mijn slaapkamerdeur hangen en ben ik toch écht van plan volgend jaar een knaller van een PR (persoonlijk record, jaja ik spreek het taaltje) neer te zetten! Welke alien bezit heeft genomen van mijn verstand en lijf? Dat zal ik je vertellen, maar daarvoor moeten we even terug in de tijd:

Sportgekte

Lange tijd begreep ik er helemaal niks van, die mensen die naar eigen zeggen graag aan sport doen. Totaal onvoorstelbaar. Komt allemaal door het trauma dat schoolgym heet. Als peuter vond ik ‘t nog wel leuk, in een roze rompertje over bankjes klauteren maar dat veranderde snel. Het begon met schoolschaatsen in groep 4, vanaf de bovenbouw moesten we elke zomer kastiën en later, op de middelbare school, softballen. En volleyballen, trefballen, in de ringen, over de kast. Ik was overal even slecht in. Bang voor de bal, vreselijk onhandig. Elke les brokkelde mijn zelfvertrouwen verder af.

Schoolgym: goed voor lijf en lijden

Ook met ‘dank’ aan de gymdocenten die ik had. In plaats van aanmoediging en begeleiding reageerden zij stuk voor stuk toch vooral met minachting op de klunsjes zoals ik. Die minachting raakte mij onbewust heel diep. Tot ik op het punt kwam dat ik niet eens meer mijn best deed. Ik voelde me dom, stom en stokongelukkig. De hele week zag ik op tegen de gymles. En zoals met alles wat ik moeilijk vind, in plaats van proberen te leren en beter te worden, werd ik een meester in ontwijken en ontduiken. Om alles wat met gym, sport en beweging te maken had, liep ik met een grote boog heen. Ik spijbelde zelden, daar was ik te braaf voor, maar zorgde wel dat ik tijdens de les zo min mogelijk aan de beurt kwam of opviel. Met een klasgenootje deed ik bijvoorbeeld tijdens trefbal het onnavolgbare spel ‘Niet op de streepjes staan’ (die gekleurde lijnen op de vloer van een sportzaal, weet je wel?). We letten totaal niet op de bal en waren daardoor lekker snel ‘af’. Op de jaarlijkse sportdag op school zorgde ik dat ik opdrachten kreeg van de conciërge, of ik gaf me op voor het kunstzinnige onderdeel van de dag en wist dat allemaal zo lang te rekken dat ik niet aan sporten toekwam. Pffff weer de hel overleefd.

Kortom, sport en bewegen was afschuwelijk. Punt. Toen ik – halleluja! – eenmaal verlost was van schoolgym was ik dan ook zo ontzettend opgelucht: NOOIT MEER! Nu hoef je volgens mij ook niet fervent te sporten om gezond te blijven. Mensen die in hun dagelijkse doen actief zijn – een staand beroep hebben, vaak de fiets pakken of tuinieren als hobby hebben bijvoorbeeld – en daarnaast gezond eten, hoeven zich nergens zorgen om te maken. Ik kan je zo een handjevol namen noemen van mensen uit mijn omgeving als bewijs.

Maar ik ben niet zoals die mensen.

VCS: het vicieuze cirkel syndroom

Eerder vertelde ik al dat ik als kind al erg onzeker was en vaak ook erg moe. Ik vluchtte in de slaap. In mijn behaaglijke bed voelde ik me op het moment dat ik erin stapte altijd meteen beter, maar ik kwam er nooit beter uit. De vermoeidheid werd alleen maar erger. En erger. En nog erger. Tot ik elke nacht het klokje rond sliep en dan nog de dag niet doorkwam zonder nog een paar uurtjes te gaan liggen voor het avondeten.

Ik hoef denk ik niet uit te leggen wat voor een verwoestende impact dit had op mijn leven. Opleiding, werk, mijn sociale leven; alles ging zo’n beetje naar de knoppen en ook voor mijn naasten – mijn ouders en broer – moet het heel moeilijk zijn geweest om met mij om te gaan.

Ik zag het gebeuren en zocht wanhopig naar een verklaring en een oplossing. Dat wil zeggen, ik zocht naar een duidelijke, medisch onomstreden diagnose van een fysieke aandoening die mijn symptomen zou verklaren én bovenal mijn slaapgedrag zou rechtvaardigen.

Die was er niet.

Ik heb geen ziekte van Pfeiffer, diabetes, schildklierenproblemen, een tekort aan vitamine B12 of wat dan ook. Zo gezond als een vis! En dat feit kon ik maar moeilijk accepteren. Ik was zo ontzettend moe, dat kon toch niet – zoals de huisarts leek te suggereren toen hij me naar de psychiater verwees – allemaal door mijn psychische gesteldheid komen!? Wat het eigenlijk was, was angst. Want als er lichamelijks niets mis was met mij, dan zat het dus tussen m’n oren en dat betekende voor mij hetzelfde als: eigen schuld, dikke bult. De onbewuste zelfkritiek groeide en mijn zelfbeeld kromp.

Hardlopen heeft mij geholpen deze zelfdestructie te temperen. Hardlopen leerde mij:

a) Ja, het zit ‘tussen mijn oren’, want daar zitten mijn hersenen en die maken het me vooral zo moeilijk

b) Nee, dat betekent niet dat je een aansteller bent

en c) Nee, het betekent ook niet dat het mijn eigen schuld is…maar wel mijn eigen verantwoordelijkheid!

In een andere blog vertel ik nog wel eens meer over hoe mijn chronische vermoeidheid mij gevormd heeft –  de zoektocht, de worsteling, de lessen en inzichten – dat voert hier nu te ver. Punt is dat ik na veel omwegen en experimenten langzaam toegegroeid was naar het inzicht dat ook ik kan bewegen en ook wíl bewegen. Je moet alleen een manier, een ritme en een routine vinden die bij jou past. En bij mij bleek de crux te liggen in drie dingen: geduld, strenge mildheid (of milde strengheid – is om het even) en mindset.

Wat hardlopen mij leerde

1. Geduld is een opbouwende zaak

Ik ben niet begonnen met hardlopen omdat ik dacht dat het me zelfinzicht en lijf-inzicht zou geven. Nee hoor, de aanleiding was doodgewoon oppervlakkige ijdelheid: ik voelde me een papzak. En dat was ik ook wel een beetje (mijn BMI was 27,4). Toen ik begon met hardlopen, kon ik gelijk na drie sessies al stoppen en door naar de fysio want m’n knieën konden het niet aan. Dat was de schok die ik nodig had blijkbaar: ik ben beter op mijn voeding gaan letten en heel geleidelijk viel ik af naar een gezond gewicht. Met hulp van de fysiotherapeut leerde ik daarnaast mijn lijf beter kennen. Ik bleek lichtelijk hypermobiel, wat volgens mijn therapeute ook niet bevorderlijk was voor mijn vermoeidheid. Ze vergeleek mijn ruggengraat met een tentstok die door een stel slappe scheerlijnen omhoog gehouden moet worden; dat alsmaar balanceren kost veel energie. Mijn knieën en enkels zijn al even wiebelig wat, samen met mijn lage energieniveau, een langzame opbouw van fysieke inspanning noodzakelijk maakte om blessures te voorkomen.

Kom van die bank af

Een half jaar heb ik daarom drie keer per week stevig op gewandeld met een vergelijkbare trainings-app zoals die ook voor hardlopers bestaan. Toen was ik klaar om het opnieuw te proberen. Ik installeerde een nieuwe app op mijn telefoon: Couch to 5k (of iets dergelijks, vrij vertaald: van de bank naar 5 kilometer). Dergelijke apps bieden een trainingsschema aan waarin je in acht weken tijd opbouwt van korte stukjes rennen afgewisseld met wandelen naar 5 kilometer aan één stuk hollen. Op de foto hieronder zie je mij, net terug van een hardloopsessie waarbij het me – na drie maanden – was gelukt om één volle minuut te rennen. En dat dan zes keer achter elkaar, telkens afgewisseld met een minuut wandelen:

Wat hardlopen mij leerde over mijzelf en mijn chronische vermoeidheid

Zie je me glunderen?

Ik deed er dus drie maanden over om één minuut te kunnen hardlopen, veel langzamer dus dan ‘normale mensen’. Maar door geduld te hebben met mijn lijf, dat arme ding dat jarenlang in bed had gelegen, bereikte ik langzaam maar zeker wel mijn doel. Had ik dat geduld niet opgebracht, dan had ik mijn peperdure schoenen waarschijnlijk allang in de container gemikt (nou ja, in een doos op zolder dan, ik kan niks weggooien). Dat was me al ontelbare keren gebeurd met andere sportpogingen. Onder het mom van ‘van sporten krijg je energie’ had ik mezelf al verscheidene keren naar de sportschool gestuurd maar ik kwam er altijd kruipend van ellende weer vandaan. Omdat ik mee wilde doen met de rest en geen oog had voor wat mijn lichaam aankon! Waarmee ik overigens niet wil zeggen dat ik/mijn lijf minder aankan, ik was alleen nog niet op dat punt en ik had tijd nodig. En zo kom ik op het tweede inzicht dat ik opdeed, dankzij hardlopen én mijn vriendin/hardloopmaatje:

2. Mindset

Ik kan meer dan ik denk. Dat geldt voor heel veel mensen vrees ik. Het nare is, als je dénkt dat je iets niet kunt, dan lukt het ook meestal niet. Na drie vier maanden had ik met mijn hardloopminuutjes een aardig pad gesleten in mijn straat maar ik kwam niet verder. Geduld en langzaam opbouwen is verstandig, maar ik was te voorzichtig geworden. Mijn vriendin die ook met hardlopen was begonnen, gaf me het zetje dat ik nodig had. Ze daagde me uit en zei: “We gaan het gewoon proberen, een half uur hardlopen aan één stuk en we zien wel hoe het gaat.”

Ik had er een hard hoofd in, zo hard als graniet, maar ze had gelijk! Tot mijn verbazing liep ik zo een half uur! Niet dat het niet zwaar was, maar ik merkte dat het desondanks wel ging. Dat had ik in de eerste plaats aan haar continue coaching onder het lopen te danken, maar de keren daarna kon ik het zelf; ik had het immers al een keer gedaan! Het lukte niet elke keer, soms moest ik na tien minuten toch rechtsomkeert maken, dan kreeg ik het gewoon niet voor elkaar gebokst in mijn hoofd. Andere keren kon ik tegen mezelf zeggen, ‘nog even, nog even’ en dan was ik even later dat moment voorbij en ging ik zomaar verder. Instelling doet veel!

Als je dénkt dat je iets niet kunt, dan lukt het ook meestal niet

Waarom lukte het met hardlopen wel en met andere sporten niet? Zoals ik al zei, je moet iets vinden wat bij je past. Alle teamsporten waren voor mij uitgesloten, daarvoor was ik nog té zelfbewust en onzeker over mijzelf. Plus al die nare herinneringen van vroeger. Plus dat ik een hekel heb aan ballen, altijd gehad en dat zal ook altijd wel zo blijven. Je kunt jezelf natuurlijk dwingen al deze zaken onder ogen te zien en je angsten te overwinnen. Maar moet je jezelf dat aandoen voor zoiets ‘onbelangrijks’ als sport als er ook andere manieren zijn?

Hardlopen dus. Het trok me aan omdat je het alleen kunt doen, wanneer je wil en volledig op je eigen manier en je hebt er geen dure abonnementen voor nodig.

Hoewel het dus ook wel fijn en nuttig blijkt te zijn om sámen met iemand te lopen. Met iemand anders erbij, doe je vaak net even iets meer je best en hou je het vaak net even langer vol dan als er niemand naar je kijkt en je ongemerkt zo achter de heg kunt duiken om de halve route af te snijden. Mijn hardloopvriendin gaf me net op het juiste moment het stukje strengheid dat ik nodig had.

3. Milde strengheid (of strenge mildheid)

Terugkomend op de vicieuze cirkel van mijn chronische vermoeidheid: hardlopen leerde mij dus dat ik aan de ene kant wat strenger voor mezelf mag zijn maar aan de andere kant ook dat dat niet wil zeggen dat ik me al die jaren maar heb aangesteld. Wat de precieze oorzaak van mijn vermoeidheidsgevoelens ook was of is – chronisch vermoeidheidssyndroom (cvs), psychische klachten of toch een lichamelijke kwaal – dat gevoel is er. Zelfs al zou het zijn dat ik alleen maar dénk dat mijn vermoeidheid erger is dan dat van anderen, dan nog. Ik ervaar het als erg en ik ben degene die een manier moet vinden om daarmee om te gaan die voor mij werkt. Met geduld, stapje voor stapje, soms alleen en soms met de hulp van iemand anders.

Zo denk ik er niet altijd over hoor, ik moet er mezelf vaak genoeg aan herinneren. De criticus in je hoofd heb je helaas niet zo makkelijk de mond gesnoerd. Daarvoor moet je stevig in je schoenen staan en dáárvoor heb je dan weer ervaring, inzicht en tijd nodig. Als onzekere puber was ik er gewoon nog niet aan toe. Mijn vermoeidheid heeft een flinke stempel gedrukt op mijn leven en soms denk ik, wist ik toen maar wat ik nu weet! De vraag is of het toen wel effect zou hebben gehad.

Af en toe terugkijken is goed, maar doe het wel met mildheid. Denk niet (wat ik stiekem nog heel vaak denk): “Wat ben je toch al die tijd stom bezig geweest!” Dat maakt je alleen maar verdrietig en verandert ondertussen niks aan de zaak. Denk wel: “Moet je nu eens kijken! Nog niet zolang geleden sliep ik 12+ uur per dag en dacht ik dat ik niks kon en nu loop ik verdorie de 4 Mijl van Groningen! Misschien dan wel drie minuten langzamer dan vorig jaar maar nog altijd velen malen sneller dan in al die jaren daarvoor!”

Wat hardlopen mij nog meer leerde

(en wat ik niet meer kwijt kon in bovenstaand verhaal 😉

  • Mensen geven de voorkeur aan wat NU goed voelt tegenover wat op de lange termijn goed voelt. Daarom is het zo moeilijk om toch die hardloopschoenen aan te trekken als het regent, koud is of je gewoon geen zin hebt. Ook al weet je dat je er LATER spijt van krijgen, nu voelt het veel fijner om met een reep chocola op de bank te ploffen. Oplossing: zorg voor een stok achter de deur (zie volgende punt)
  • Het fijne van hardlopen is, vind ik, dat je niet hoeft te presteren voor anderen, zoals bij teamsporten. Toch loop ik het beste als ik samen met iemand loop. Ik geef dan minder snel op, want ja, je wil jezelf niet laten kennen (maar pas op: ga niet over je eigen grenzen!) en ik sla minder snel een hardloopsessie over. Heb je geen hardloopmaatje? Plaats je hardloopprestaties op social media of gebruik een app als Runkeeper. De aanmoedigingen die je krijgt van je volgers, werken opmerkelijk goed
  • Meedoen aan loopevenementen zijn ook een goede stok achter de deur. Je wil de race wel uit kunnen lopen met een mooie tijd en daarvoor moet je wel trainen. Daarnaast is het ook gewoon ontzettend leuk! Geloof me, als ik – voormalig getraumatiseerde anti-sporter – dat zeg, dan is het LEUK
  • Mooie en goed zittende hardloopkleding helpt. Als ik mn hardloopoutfit aantrek, kom ik gelijk al meer in de stemming, voel ik me meteen al een beetje sportief, en ja ik heb het nu toch aan dus beetje suf om niet ook echt de deur uit te stappen. En dan is het wel zo fijn als je niet verkleumd raakt door het koude zweet of juist uit je schoenen broeit.
  • Het is zo’n heerlijke ontdekking als je drie perrons afholt om je trein te halen, je trein haalt en dan terwijl je gaat zitten, denkt: “Hee, ik ben niet eens echt buiten adem!”
  • Tot slot, en deze moet ik me echt voor ogen houden als het weer regent en koud is: volhouden is makkelijker dan (telkens) opnieuw beginnen. Geef je eenmaal een keer toe aan jezelf, dan is je weerstand tegen de ik-wil-niet-stemmetjes de volgende keer zwakker, en de keer daarop nog zwakker, totdat je denkt, “Ik ben nu zo vaak niet geweest, nu maakt het niet meer uit”. Ondertussen holt je conditie achteruit (ja die blijft gewoon hollen hoor, maar jij bepaalt welke kant op!) en als jezelf dan toch weer eens even streng (maar mild) hebt toegesproken, is het ook nog eens lichamelijk veel zwaarder om weer te lopen. Volhouden dus!

 

20 thoughts on “Wat hardlopen mij leerde over mezelf en mijn chronische vermoeidheid

  1. Ik herken dit niet jou vermoeidheids klacht , maar je beter voelen door lopen en training. Door diverse oorzaken partner met kanker, overlijden vader enz kwam ik in zo`n diepe dip dat ik bij de ggz terecht kwam, deze zeiden tegen mij is “running therapie” niks voor jou, ik zei nee mijn linker knie is slecht, nou ja na veel heen en weer gepraat toch gedaan en wonderwel het gaat weer stukken beter, gisteren weer gelopen , doelstelling is om volgend jaar (dit jaar lukte niet meer) zelf ook de 4 mijl te gaan lopen

    1. Beste Geert, wat goed om te lezen dat ook jij met hardlopen een weg uit een diep dal hebt weten te vinden. Met dit soort dingen geldt zeker dat het lijf en de geest met elkaar verbonden zijn; het voelt goed om goed voor jezelf te zorgen. Ga zo door en ik wens je heel veel succes en plezier volgend jaar bij de 4 Mijl!

  2. Wat weer mooi geschreven en herkenbaar. Je hebt hoe dan ook een prestatiw geleverd tijdens de 4Mijl en die drie minuten? Daar kijkt niemand naar hoor!
    Die milde strengheid herken ik ja. Ik heb mezelf ook te lang laten denken dat ik niet meer dan 500 meter in 1 teug kon lopen. Tot ik in Dublin rustig 1,5 uur aan het wandelen was door de stad. Ik moet me alleen even pushen om dat ook echt te doen. Het is een mindset, zoals je al zegt. En zien dat iets wel lukt, juíst als chronisch zieke, is alleen nog maar meer motivatie om door te gaan.

    1. Wat goed Geanne! Fijn om er achter te komen dat je toch meer kan dan je denkt hè? Dat is zeker motiverend. Ik denk dat het ook een beetje te maken heeft met angst. Ik was bang dat ik als ik mezelf zou pushen dat ik dan over een grens zou gaan waardoor het (onherstelbaar) erger zou worden allemaal. Daarom is mijn punt van het geduld ook zo belangrijk voor me geweest naast de mindset. Ik ben blij voor je dat je hebt mogen ontdekken dat je lijf tot meer in staat is dan verwacht! Thanks voor je reactie, leuk om jouw gedachten hierover te horen

  3. Who je mag trots zijn op jezelf! Mooi verwoord ook. ‘Volhouden is makkelijker dan (telkens) opnieuw beginnen’ so true.

    Ik ben na 13 jaar gestopt met korfballen, doordat ik verhuisde voor mijn studie en het niet kom opbrengen nog 3x in de week terug te gaan naar m’n oude dorp. Mezelf aanzetten te sporten is heel moeilijk, omdat ik een gezelligheidssporter ben. Je stuk heeft me in ieder geval weer aangemoedigd maandag ochtend (ik ben nu in m’n oude dorp zonder sportspullen) te gaan sporten! Thanks!

    1. Heel herkenbaar, als je uit je ‘normale’ doen bent is het best lastig om een gewoonte vast te houden en een nieuwe manier te vinden om bijvoorbeeld toch te blijven sporten. Leuk om te horen dat je door mijn stuk weer de motivatie hebt gevonden om te gaan sporten! Veel succes en plezier en dank voor je compliment 🙂

  4. Net als jij vond ik gym ook een verschrikking. Maar 15 jaar geleden kroop hardlopen onder mijn antisport radar door, en sindsdien loop ik minimaal vier keer per week. Hardlopen is de enige sport die oké is ; )

    1. Haha, zo ging het bij mij ook Nicole! Vier keer hardlopen per week, chapeau hoor! Dat lukt mij nog niet helaas. Maar ik doe daarnaast nog aan yoga en ga nog een keertje naar fysio-fitness dus dat compenseert weer 😉

  5. Oei, hardlopen is zo niet mijn ding. Herken wel heel veel raakvlakken wat gym betreft, maar bij mij kwam dat ook door een ongeluk, waardoor ik gewoon heel wat dingen werkelijk niet mee kon/mocht doen.

    1. Wat naar voor je Anja, dat je door een ongeluk veel niet meer kon doen! Ik hoop voor je dat het inmiddels beter gaat. En ja, hardlopen is niet voor iedereen, het moet wel bij je passen, dat is de enige manier om sporten vol te houden lijkt me

    1. Heel herkenbaar! Volhouden vind ik ook heel moeilijk hoor, zeker nu het weer minder wordt en het ‘s avonds sneller donker is. Tot nu werkt het bij mij het beste als ik een maatje heb om mee te lopen, dan laat ik het minder snel afweten 😉

  6. Zo mooi geschreven, het leek net een boek, ik kon niet stoppen met lezen, zo inspittende verhaal. Persoonlijk loop ik niet hard maar als je Verhaal leest dan doet iets met me. Misschien moet ik ook beginnen met hardlopen. Bedankt✨????✨

    1. Wat vervelend voor je Judith, knap dat je het toch probeert, dat vind ik zelf nog t moeilijkste aan altijd moe zijn. Hoop voor je dat t beter gaat worden!

  7. Wat ontzettend knap en fijn om te horen hoe het hardlopen heel veel voor je heeft betekent en je echt heeft geholpen om onder andere meer zelfvertrouwen te krijgen. Je mag echt heel trots zijn op je 4 Engelse mijlen! In wat voor tijd je het ook loopt, het gaat erom dát je het uitloopt 🙂
    Zelf ben ik sinds een paar maanden weer begonnen met hardlopen en doe ik het trouw 2x per week. Het kost altijd de nodige motivatie van tevoren, maar achteraf voel ik me altijd zo goed als ik weer heb hardgelopen. Je laatste tip vind ik een heel mooi inzicht: volhouden is inderdaad zoveel makkelijker dan steeds weer opnieuw beginnen.

    1. Dankjewel!! Knap dat jij ook weer bent begonnen en goed bezig dat je het lopen trouw twee keer in de week doet. Ik ben van mezelf helaas niet zo gedisciplineerd. De wetenschap dat als ik eenmaal een keer afhaak, ik de volgende keer ook sneller laat afweten, helpt daar wel bij hoor. Dan denk ik toch, laat ik maar gaan anders heb ik er straks spijt van. Helemaal feilloos werkt dat niet moet ik bekennen, maar alle beetjes helpen ????

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.