De ondertitel van mijn blog is: Ontboezemingen van een laatbloeier op zoek naar liefde, lef en levenslust. De liefde op de eerste plaats dus, het valt me nu pas op. Niet helemaal terecht, lijkt me, want ik schrijf er nauwelijks over op mijn blog. Het staat daar als eerste in de titel omdat dat het mooist allitereerde, in mijn dagelijkse realiteit houdt de liefde me niet zo bezig. Ik ben nu ruim 4 jaar alleen en dat vind ik niks erg. Hoe langer ik alleen ben, des te beter me dat bevalt…
Is dat echt waar?
Is de liefde echt afwezig in mijn leven? En niet gemist?
De waarheid is: ja en nee. De waarheid is dat ik goed in alleen zijn ben. Ik ben graag alleen en geef er zelfs de voorkeur aan als het even kan. Ik mis niets en niemand.
De waarheid is ook: ik ben te goed in alleen zijn. Ik mis niets en niemand omdat mijn verbinding met anderen maar weinig voeding krijgt. Nee, dat zeg ik verkeerd. Liefde kríjg ik genoeg. Maar liefde groeit niet door te krijgen, liefde leeft van geven. Aandacht geven. En nu moet ik eerlijk zijn, in dat laatste ben ik niet goed. Ik reserveer mijn aandacht graag voor mezelf. Dat is de keerzijde van goed alleen kunnen zijn en denken dat je niets of niemand mist.
Want vind ik het echt zo prima om alleen te zijn? Ja, op het moment wel, omdat het mij ontslaat van de ‘verplichting’ te geven: mijn tijd, mijn energie, mijn aandacht. Maar tegen welke prijs?
In het boekje dat ik nu lees, Eerste liefde (Maand van de Spirualiteit-essay 2019), laat filosofe Stine Jensen zien, hoe liefde staat en valt bij aandacht. Echte aandacht, “niet te veel, niet te weinig, niet van de verkeerde soort.” Álle liefde, niet alleen romantische liefde. Wat je aandacht geeft, groeit. Leeft. Wat je geen aandacht geeft, verschrompelt. Sterft.
De romantische liefde heeft dan nu misschien mijn aandacht niet zo. Ik denk soms nog wel na over het falen van mijn liefde in het verleden (wat ging er mis, wat deed ik fout?) en ik maak me, heel eerlijk, soms zorgen over mijn liefde in de toekomst (gaat die er wel komen, zo nee, wat dan?). Ik zeg wel dat het nu allemaal prima is, maar alleen achterblijven wil ik nu ook weer niet…
Dat heeft echter niet (per se) iets met romantische liefde te maken. En dat ik graag alleen ben, wil ook niet zeggen dat het mij goed doet daar dan ook elke keer voor te kiezen. Het ontslaat mij al helemaal niet van het geven van aandacht, van liefde. Niet omdat het hoort, niet omdat ik dat een ander verschuldigd ben, niet omdat ik er anders later misschien spijt van krijg (wat wel een argument is trouwens), maar omdat het leven zónder niet mogelijk is. Leven gebeurt niet alleen, leven gebeurt in de verbinding.
Dat is iets wat ik nu langzaam begin in te zien. Dat je iets en iemand kunt missen zonder het te merken, omdat je er geen aandacht voor hebt. Dat doet een beetje pijn, maar het is een goede pijn. Het zegt dat het me wat doet, dat ik niet gevoelloos ben geworden.
Liefde krijgen van een geliefde? Tja, que sera, sera. Maar wat ik niet langer van het wat dan ook wil laten afhangen is liefde geven aan de mensen (en dieren!) die wonen in mijn hart. Opdat ze weten dat ze daar thuishoren en niet gaan verhuizen. Dan pas is het echt oké om alleen te zijn, want alleen dan zul je nooit echt alleen zijn.
Mooi geschreven. Ik vind alleen zijn ook heerlijk, maar vooral omdat ik weet dat ik eigenlijk niet alleen ben. Ik denk dat het er ook (bij mij althans) een beetje omgaat of je vindt dat je liefde van anderen waard bent. En dat werkt misschien beter als je zelf ook liefde geeft.
Lilian onlangs geplaatst…#10 • Schaakgrootmeester? • Badminton • Leesclub
Mooi inzicht. Ik ben ook al 3 jaar alleen en mis wel een partner in mijn leven. Al denk ik dat ik dat ook wel harder mis doordat mijn moeder er niet meer is en haar liefde dus in mijn leven ontbreekt (nu ja, ik weet dat ze van me hield en dat die liefde niet is verdwenen, maar ik voel ze zo niet meer).
Tegelijkertijd kan ik ook wel best goed alleen zijn, maar word ik ook wel eens bang dat ik daar te goed in aan het worden ben.
Ik ben 10 jaar ‘alleen’ geweest, dus zonder vaste relatie en ik dacht toentertijd dat ik best wel gelukkig was, maar dan loop je onverwachts toch tegen iemand aan en dan besef je dat samen toch wel een stuk gezelliger is. En soms ook niet, maar dat wat je hebt als je alleen bent heb je ook als je samen bent, dus het één vervangt het ander. Niets is zaligmakend. Ik zou nooit meer alleen willen zijn. Iets anders dan alleen kunnen zijn, want alleen zijn kan ik best, maar vind ik écht niet leuk!
Vlinder onlangs geplaatst…Van crosstrainers en puzzels