Lef, Ontboezemingen

Wat ik in 10 jaar therapie geleerd heb over angst

Sinds ruim een maand ga ik niet meer naar therapie. Met een simpele handdruk, nog wat laatste adviezen en een ‘veel geluk’ kwam er een einde aan 10 jaar min of meer maandelijkse sessies bij de psychiater. Ik ben er klaar voor. Klaar om weer zonder vangnet de ups en downs van het leven te trotseren. Toch vond ik het een beetje spannend, bang dat ik in een gat zou vallen. Ik was eraan gewend geraakt dat ik met zo’n beetje alles bij mijn psychiater terecht kon. Voor ondertiteling van de wereld om mij heen en raad en advies bij mijn aandeel daarin. Vanaf nu moet ik weer helemaal zelf mijn weg zien te vinden door dat verraderlijke oerwoud van gedachten en gevoelens. Zou ik dat wel kunnen?

Van de regen in de kruk

Juist die vraag was voor mij en mijn psychiater de aanleiding om mijn therapie af te bouwen. Ik dreigde afhankelijk te worden van dat maandelijkse uurtje. Spaarde mijn twijfels, hersenspinsels, onzekerheden en verwarrende emoties op om ze aan mijn psychiater te kunnen voorleggen. Zelf aan de slag gaan met wat er loos was stelde ik tot die tijd uit, in afwachting van wat hij ervan zou zeggen… Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Ik ben niet in therapie gegaan om slechts van ‘kruk’ te wisselen. Het doel was dat ik zou leren op eigen benen te staan!

En dat kan ik inmiddels ook best. Dat heb ik al lang en breed bewezen. Dat ik dat zelf zonder valse bescheidenheid hier durf te schrijven, zegt al heel veel. Ik moet het alleen wel echt dóen. Zolang de psychiater mijn handje blijft vasthouden, doe ik dat echter niet (genoeg), want de noodzaak ontbreekt.

Chronisch moe

Ik kwam bij mijn psychiater terecht via de huisarts omdat ik al heel lang kampte met energiegebrek. Ik was altijd moe en de geringste inspanning putte mij uit. Alle mogelijke fysieke oorzaken waren inmiddels uitgesloten en de huisarts vermoedde dan ook dat mijn vermoeidheid het gevolg was van mijn psychische trubbels.

De studentenpsycholoog die ik eerder had bezocht, had vastgesteld dat ik een gegeneraliseerde angststoornis heb (= bijna overal bang voor). Met cognitieve gedragstherapie had ik ondertussen een begin gemaakt met het onder ogen zien van mijn angsten. Zo moest ik een lijst samenstellen van alle dingen die ik eng vond en die dan gewoon gaan doen. Te beginnen bij de voor mij relatief minst enge dingen. Een winkel binnen gaan waar verder geen andere klanten zijn bijvoorbeeld…. ‘Blootstellingstherapie’ dus eigenlijk. Het idee is dat de angsten vanzelf minder worden wanneer je ze telkens opnieuw negeert en ontdekt dat de wereld niet vergaat.

Het begin was er, maar ik was er nog lang niet, vond de huisarts. Hij verwees me door.

Chronisch bang

De psychiater hoorde mijn verhaal aan en concludeerde dat mijn angststoornis eigenlijk een compulsieve-obsessieve dwangstoornis was (ocs, ook wel ocd op z’n Engels). Overmatige irreële angst is een vorm van dwang. De angst kwam bij mij voort uit negatieve ‘ojeeojeeojee!’- en ‘wat als?’-gedachten die ik niet kon stopzetten, die ik móest denken. Uit de rampscenario’s die zich hoe dan ook op mijn innerlijke netvlies ontvouwden. Altijd bang dat er iets ergs, naars, ongemakkelijks of vervelends zou gebeuren.

Al die doemgedachten en rampzorgen draaiden eigenlijk maar om één ding: het gebrek aan controle. Om weer de macht over het stuur te krijgen, ontwikkelde ik – onbewust – dwanggedrag: ontelbaar vaak mijn handen wassen, per se twee keer per dag moeten douchen, niets aanraken …. Klinkt als smetvrees maar dat was het niet. Ik had er bijvoorbeeld geen problemen mee om een boterham die op de grond was gevallen nog op te eten. Lange tijd heb ik niet kunnen verwoorden wat het wel was. Nu denk ik dat ik al die dingen vooral deed om afstand te scheppen tussen mijzelf en de rest van de wereld die mij beangstigde. Een barrière creëren. En als die toch doorbroken werd, moest ik de ‘schade’ van het contact zo snel mogelijk wegpoetsen.

Van alle obstakels die ik opwierp tussen mijzelf en het ‘donkere bos’ was mijn belangrijkste wapen de slaap. Slapen werd een obsessie, mijn ultieme ‘coping mechanisme’. Alleen in mijn slaap was ik bevrijd van het denken. In mijn bed was ik veilig voor die onbegrijpelijke ingewikkelde buitenwereld.

Kanaal 123: ondertiteling voor moedige bangeriken

De psychiater leerde me mijn ‘angstaanjagende’ gedachten te herkennen en te duiden, leerde me wat ik eraan kon doen om me minder angstig te voelen en hoe ik mijn dwanggedragingen weer kon afleren. En ja, dat kostte 10 jaar. Helaas ben ik een langzame luie leerling, vaak opstandig of juist moedeloos. Het gevecht met jezelf aangaan is geen makkelijke strijd en ik vond mezelf ook vaak reuze zielig.

Het nadeel van zo’n lange periode is dat het lijkt alsof je niets veranderd bent. De ontwikkeling gaat zo langzaam dat het nauwelijks opvalt, zeker als je zelf het middelpunt bent. Maar als ik er een poosje goed over nadenk, dan heb ik heel veel waardevolle lessen geleerd in mijn tijd in therapie. Sommige dingen zullen voor andere mensen wellicht vanzelfsprekend zijn, maar voor mij waren het inzichten die een wereld van verschil maakten:

Wat ik geleerd heb ik 10 jaar therapie

‘Niet bang zijn’ is onzinnig advies

Moed of lef heeft niets met met niet bang zijn te maken. Iets doen (of laten) zonder angsten en onzekerheden te hoeven overwinnen is geen kunst aan en dus ook niet bewonderenswaardig. Het is juist dapper wanneer je je niet laat tegenhouden door de angst. Dat je bang bent en het tóch doet.

Mensen die zeggen dat ze nooit bang zijn en geen onzekerheid kennen zijn jokkebrokken of ze leven in een illusie. Iedereen heeft angst. Angst is namelijk geen slechte karaktereigenschap die je nu eenmaal hebt of niet, noch is het een sluier over je ware identiteit. Het is dus niet iets wat je aan moet pakken om jezelf te kunnen zijn. Je kunt leren om je angsten de baas te worden, dat wel. Een angstvrij leven is echter een irrealistisch streven want angst is ook een belangrijk alarmsysteem dat je nodig hebt. Op de momenten dat angst mij toch weer in zijn greep heeft, denk ik nu vaak aan de wijze woorden van Daniël Lohues:

“Angst is mar veur eben, spiet is veur altied.”

[Voor de mensen die geen Drents kunnen lezen: Angst is maar voor even, spijt is voor altijd]

Angst duurt maar even

Fysiek gezien is een angstaanval met 20 minuten weer voorbij, dan zijn de stofjes die de alarmsignalen door je lijf jagen weer uitgewerkt. Wel kan de angst steeds opnieuw aangewakkerd worden.

Het afleren van dwanggedrag kost veel energie. Een dwanghandeling onderdrukken bezorgt me op dat moment heel veel stress. Die stress is acuut weg zodra ik de handeling toch uitvoer…. De opluchting is echter slechts van korte duur want al gauw komt een nieuwe dwangneiging naar boven. Hoe vaker je toegeeft, hoe moeilijker het wordt om deze te weerstaan. Lukt het wel om jezelf ervan te weerhouden de dwanghandeling uit te voeren, dan giert de stress door je lijf en dat is vreselijk. Maar het gaat echt vanzelf weer voorbij. En ook hier geldt, hoe vaker het je lukt om geen gehoor te geven aan je angsten, hoe makkelijker het wordt. Het is als het trainen van spieren. Jij kunt kiezen welk deel van je ‘hersenspieren’ je wil versterken: de angst of de dappere weerstand.

Geen status quo

Dat wil helaas niet zeggen dat het vanaf hier alleen maar beter gaat worden. Leren omgaan met angst gebeurt niet in een almaar stijgende lijn. Dat geldt voor alles wat je in het leven onderneemt, dus ook in je persoonlijke groei. Je zet een stap, dan nog een, daar blijf je een poosje staan of je valt terug, je krabbelt weer op, maakt een omweg, komt weer uit op het zelfde punt en gaat weer door, en zo verder. Is wat inefficiënt maar niet meer dan natuurlijk en ondertussen leer je des te meer. Bovendien: de snelweg is dan misschien wel lekker snel maar een stuk saaier dan de langzamere, kronkelige toeristische route, of niet dan?

Voor mij was dat eerst een flinke teleurstelling. Dat er nooit een moment zal komen dat ik volledig vrij ben van angst. Geen moment waarna ik voortaan alleen maar gelukkig zou zijn. Geen toekomst waarin ik alle gemiste kansen alsnog, fluitend, zou kunnen inhalen. Spijt is voor altijd….

Ja, dat wel, maar elke dag zijn er weer nieuwe ronden, nieuwe kansen. Het is niet zinvol om stil te blijven staan bij alles wat is blijven liggen. Laat maar liggen en ga aan de slag met de nieuwe mogelijkheden. De overwinning, daar gaat het om.

Angst voor de angst is erger

Door de angst heen gaan is vreselijk. Zweet, tranen, misselijk, krampen, diarree, duizelig, overweldigende vermoeidheid… En het is helaas ook niet in één keer klaar, je zult ontelbare keren het gevecht met jezelf aan moeten gaan. Waarom zou je in hemelsnaam?!? Omdat er één ding erger is dan angst: de angst voor de angst. Of zoals mijn moeder altijd zegt:

De mens lijdt het meest door het lijden dat men vreest

Vaak zul je zien dat het achteraf minder erg is dan je had verwacht. Niet dat het altijd meevalt hoor. Leren autorijden was precies wat ik altijd had gevreesd: de hel. Maar toch was het minder erg dan verwacht: ondanks de faalangst, hield ik het wel vol, ik leerde, maakte vooruitgang en kreeg stukje bij beetje zelfvertrouwen achter het stuur. Ik haalde, wonder boven wonder, in anderhalf jaar tijd mijn rijbewijs! En daar had ik dan zo’n beetje 15 jaar lang tegen op gezien…

Weten is niet alles en soms zelfs teveel

Ik weet niet anders dan dat ik alles altijd tot in de puntjes wil snappen en begrijpen. Hoe kan ik nou zo moe zijn, waaróm ben ik dan zo bang?! Het antwoord zal ik wellicht nooit helemaal vinden. Ik heb een gouden jeugd gehad: liefhebbende ouders, geen trauma’s of nare toestanden, had alles en kreeg alles wat een kind maar nodig heeft en wensen kan. Kortom, niets wat op voor de hand liggende wijze mijn angststoornis zou kunnen verklaren. Toch heb ik er last van. Punt.

Jaren heb ik me vreselijk schuldig gevoeld dat ik een angststoornis heb. Het voelde alsof ik met mijn zorgeloze leventje geen recht had om bang te zijn. Wie weet, misschien is dat ook wel zo. Die gedachte helpt je alleen geen steek verder. Soms is het dus beter om het zoeken naar antwoorden te laten voor wat het is. Onbeantwoorde vragen zijn een ballast voor je brein, dus gooi ze overboord. Feit is, je ervaart het zo, dus is het zo, dóe dáár dan wat mee. Weten-schap zonder uitvoering in de praktijk is zinloos en versterkt alleen maar de negatieve gevoelens over jezelf (‘eigenlijk moet ik …. maar tegen beter weten in…’).

Verantwoordelijkheid vs. schuld

En daarmee kom ik op misschien wel de belangrijkste les die ik leerde (en die eigenlijk pas tot me doordrong door het lezen van Mark Mansons’ The Subtle Art of Not Giving A F*ck):

Ik, en ik alleen, ben verantwoordelijk voor mijn eigen leven.

Wat me ook overkomt, welke beperkingen en belemmeringen me ook zijn opgelegd, welke hindernissen en obstakels ook op mijn pad komen, ik ben verantwoordelijk. Dat wil echter niet zeggen dat het mijn schuld is als er nare dingen voorkomen in mijn leven. Voor een groot deel heb je niets te zeggen over wat er in je leven gebeurt. Ziekte, tegenslag, verdriet, verlies of trauma, het overkomt je nu eenmaal. Het is niet jouw schuld. Je kunt het niet afdwingen en niet voorkomen wat er op je afkomt, maar daarna, na de ‘botsing’ komt het weer op jou aan.

Jij bepaalt namelijk hoe je op een nare gebeurtenis of omstandigheid reageert: je kunt in de slachtofferrol gaan zitten en dus alle touwtjes uit handen geven of je kunt beslissen dat je je geluk niet laat bepalen door voorvallen of beperkingen. Er is altijd iets wat je kunt doen, als ik het maar accepteren van dat wat is (en daarmee stress en negativiteit loslaten).

Oneindig veel makkelijker gezegd dan gedaan! Ook al heb je het geluk, zoals ik, dat er mensen zijn die je hand vasthouden, uiteindelijk komt het allemaal op jezelf aan. Dat is zwaar. En eng. Maar het inzicht dat verantwoordelijk zijn niet hetzelfde is als ‘eigen schuld, dikke bult’ gaf mij ontzettend veel rust én moed. Je moet je eigen keuzes maken. Je moet je eigen vergissingen maken. Ja dat levert je soms een bult op, maar daar hoef je niet voor altijd mee te zitten, want ook dan heb je telkens weer een keuze… 🙂

 

10 thoughts on “Wat ik in 10 jaar therapie geleerd heb over angst

  1. Ik zit met mijn meditatie momenteel toevallig net in de ‘7 days of Anxiety’, dus ben er ook erg mee bezig. Daarin wordt ook geleerd dat je de angst wel moet herkennen, maar dat je het vervolgens moet observeren. Dat wordt angst ineens niks engs meer, maar iets dat interessant is om te observeren.

    Ik heb jaren geleden een tijdje bij een therapeut gelopen voor ‘sociale angst’, maar dat ging snel over nadat ik journalist werd (en dus de hele dag sociaal moest zijn met wildvreemden en ik er toch beter in bleek dan ik dacht). Maar denk dat ik sowieso wel een soort ‘talent’ heb voor angstig zijn.

    Nu ben ik vooral bang dat mijn kind dood gaat of dat ik ga scheiden. Maar dat hou je toch. Gewoon erkennen en er van genieten zolang iedereen nog in leven en verliefd is. Denk ik 😉

    Succes met je ‘op eigen benen!’ 🙂
    Lilian onlangs geplaatst…Smartphones? Wij werden vroeger ook gewoon genegeerd door onze oudersMy Profile

    1. Wat goed dat je er op die manier mee bezig bent Lilian. Angst zal altijd blijven en dat is op zekere hoogte ook goed maar je wil niet dat het je leven gaat overheersen en je leefplezier vergalt. Knap dat je je sociale angst te boven bent gekomen. Mijn angststoornis toonde zich ook extra snel in sociale situaties met vreemden. Maar inderdaad, als je die situaties niet uit de weggaat wordt het telkens een beetje beter. Ik zal nooit sociaal handig worden denk ik haha, maar makkelijker en minder eng wordt het wel

  2. Wat is jouw verhaal herkenbaar. 11 jaar geleden is bij mij een gegeneraliseerde angststoornis gediagnosticeerd. In de loop van de tijd veel psychologische hulp en medicatie geslikt, tot de dag van vandaag. Echter is er de laatste jaren meer nadruk op de ‘blijvende opdringerige gedachtes gekomen en ben ik deze week elke dag, elke mi uit ermee bezig, doodvermoeiend en verdrietig. Ik probeer dan weer te verklaren en het gevecht begint weer in mijn hoofd. Ik wil gerichte hulp en meer op maat. Weet jij iets goeds?

      1. Beste Lisanne,
        Dank voor het delen van je verhaal. Heel vervelend voor je dat je na 11 jaar therapie nog zo geplaagd wordt door die gedachten. Ik weet maar al te goed wat het is. Ik kwam er vandaag niet aan toe om na te denken over welke dingen je mssn nog zou kunnen proberen. Ik kom zo snel mogelijk terug op je vraag!

    1. Beste Lisanne,

      Het spijt me dat je hebt moeten wachten op antwoord van mij, ik hoop dat dat niet al te vervelend voor je was. Ik heb over je vraag nagedacht en ik vind het nog best wel lastig om advies te geven. Het lijkt er in ieder geval op dat de therapie en medicatie jou niet (genoeg) helpen. Dat herken ik wel helaas. Cognitieve gedragstherapie – ik vermoed dat je een vorm van deze therapie gehad hebt want dat is het meest gebruikelijk – werkt helaas niet voor iedereen. Heb je wel eens gedacht aan een mindfulnesscursus (of meditatie)? Ik ga dat nu zelf ook binnenkort proberen om rustiger te worden in mijn hoofd, op aanraden van mijn psychiater. Ik heb er al enige ervaring mee door de yoga lessen die ik volg en die benadering past mij goed.

      Ik heb in mijn psychologische carrière, zoals ik dat maar noem, heel veel dingen geprobeerd: cognitieve gedragstherapie, haptonomie, euritmie. Soms is het lang zoeken naar een manier die voor jou werkt. Soms baal ik van de lange weg die ik heb moeten gaan (en het geld dat het heeft gekost), aan de andere kant: overal heb ik wel wat van opgepikt en ben ik een stapje verder gekomen wellicht. Omdat je gerichte hulp zoekt, meer op maat, zou je misschien in je omgeving kunnen gaan zoeken naar een (levens-)coach. Iemand die je helpt die cirkel te doorbreken van die continue strijd met je zelf en je voortdurend afvragen wat er nu precies aan de hand is. Ik herken die maalstroom aan gedachten en gevoelens zo goed! Dat is echt doodvermoeiend inderdaad. Een levenscoach hoeft niet eens per se iemand te zijn die dat als beroep heeft, ikzelf zie mijn yogadocente ook echt als mentor. Iemand die een beetje als buddy fungeert en je van perspectief kan voorzien.
      Ik hoop dat je een beetje aan deze suggesties hebt! Als je verder vragen hebt of erover wil praten dan kun je me mailen op msdeadline@gmail.com. Lieve groet en sterke op je weg vooruit!

  3. Ik herken heel veel in dit moedige verhaal over angststoornissen. Ik ben zelf in therapie vanwege agressieve dwanggedachten. Dit is ook een compulsief-obsessieve dwangstoornis. Herkenbaar is de energie die dit vreet en hoe moe je ervan wordt. Ik kan het steeds beter een plaats geven, maar bepaalde dingen worden nooit vanzelfsprekend. Heel veel sterkte voor jou en bedankt voor je relaas.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.